Aanpassingen 30%-regeling
Als internationaal bedrijf met werknemers uit een ander land in dienst kent u de term extraterritoriale kosten vast wel. Dit zijn vergoedingen voor het verblijf in Nederland voor de werknemers in kwestie. Voor het vergoeden van deze kosten kan een werkgever nu kiezen uit twee opties: vergoeden van de werkelijk gemaakte kosten of gebruik maken van de 30%-regeling. Met de 30%-regeling, mag de werkgever ‘’zonder nader bewijs maximaal 30% van het loon inclusief de vergoeding onbelast geven als gerichte vrijstelling voor de extraterritoriale kosten.’
De 30%-regeling staat onder review en zal per 1 januari 2024 hoogstwaarschijnlijk verandering. In dit artikel informeren wij u graag over deze verandering en de betekenis in de praktijk.
De toepassing van extraterritoriale kosten
In multinationale bedrijven zijn landsgrenzen geen grenzen voor werknemers. Ook bij bedrijven gevestigd in Nederland, zijn veel buitenlandse werknemers werkzaam. Deze werknemers kennen extra kosten, zoals huisvesting, het aanvragen van persoonlijke papieren en opslag van de inboedel. Met de 30%-regeling kan 30% van het salaris vrij van belastingen betaald worden.
In de afgelopen jaren is deze regeling onder de loep genomen en bleek dat deze regeling niet helemaal tot haar komt. Tijdens Prinsjesdag 2022 is daarom besloten de 30%-regeling te beperken voor de hogere inkomens. Op deze manier kan de regeling beter aansluiten op de kosten die werknemers daadwerkelijk maken.
Nieuwe invulling van de 30%-regeling
Met de nieuwe invulling wordt de 30%-regeling gekoppeld aan een maximaal bedrag. Er is gekozen om dit te koppelen aan de WNT (Wet Normering Topinkomens) ofwel de Balkende-norm, in 2023 is dit bedrag 223.000 euro per jaar. Voor 2023 zou er via de nieuwe 30%-regeling dus maximaal een bedrag van 66.900 euro, ofwel 30% aan 223.000 euro, onbelast aan salaris kunnen worden betaald.
In de praktijk
Vanaf 1 januari 2023 moet de werkgever in het eerste loontijdvak een keuze maken tussen de 30%-regeling of een vergoeding op basis van de werkelijke kosten. Deze keuze geldt voor het gehele jaar. Vanaf 1 januari 2024 kan de nieuwe 30%-regeling in gaan.
In de praktijk kan er dus ook nog gekozen worden voor de andere optie: het vergoeden van de daadwerkelijk kosten. Hier is geen maximum op van toepassing, echter dient er dan wel bewijs te worden geleverd.
Voor opleidingsvergoedingen van de internationale school, wat ook onder extraterritoriale kosten valt, geldt een aparte vergoeding waardoor dit niet onder deze regeling valt.
Overgangsregeling
Om de overgang op de nieuwe regeling soepel te laten verlopen, is er een overgangsregeling voorgesteld. De nieuwe 30%-regeling geldt vanaf 1 januari 2024 voor werknemers die vanaf 1 januari 2023 gebruik gaan maken van deze regeling.
Voor werknemers die voor 1 januari 2023 al gebruik maakten van deze regeling is de overgangsregeling van toepassing waarbij de nieuwe regeling pas vanaf 1 januari 2026 ingaat.
De definitieve invulling van de 30%-regeling moet nog aangenomen worden. Zoals hierboven te lezen is, kan dit best een impact hebben op uw organisatie.
Heeft u vragen over de 30%-regeling en over het werken met een grenzeloos team?
Neem gerust contact op, onze adviseurs kunnen samen met u kijken naar de mogelijkheden en kansen.
Belastingdienst, ‘’Extraterritoriale kosten en de 30%-regeling’’, link
Salariscriteria voor 30% regeling vanaf 1 januari 2023